Het onderzoek van recherchebureau Hoffman naar mogelijk grensoverschrijdend gedrag van oud-Kamervoorzitter Khadija Arib (PvdA) is niet onafhankelijk en de uitvoering is onzorgvuldig. Dat oordelen deskundigen volgens Follow The Money. 

Juridische druk

Volgens de oud-Kamervoorzitter weigerden de betrokken hoogleraren voor lange tijd om Arib inzage te geven in relevante stukken. Zo ontving Arib de twee anonieme brieven, waarin Arib vorig jaar september werd beschuldigd van een ‘schrikbewind’ in haar periode als Kamervoorzitter, pas eind juni na juridische druk van haar advocaat. ‘’Sinds maart ben ik aan het corresponderen. Pas nadat ik een advocaat in de arm heb genomen, mag ik na acht maanden ‘inzage krijgen’ in de twee anonieme brieven en het onderzoeksprotocol’’, zegt Arib tegen Follow The Money.  

'Recht op hoor- en wederhoor geschonden'

Het is volgens Arib nog steeds onduidelijk tegen welke aantijgingen zij zich met verweren. Naast het juridische gesteggel over de brief heeft Arib nog geen inzage gehad in de onderzoeksgesprekken, waarin anonieme klagers hun zegje doen over Arib. Op deze manier wordt Aribs recht op hoor- en wederhoor geschonden, stellen deskundigen. Ook zou het onderzoek niet zorgvuldig en onafhankelijk zijn door de methoden die Hoffmann toepast, schrijft het onderzoeksplatform. 

Een van de anonieme brieven was september vorig jaar aanleiding voor het dagelijks bestuur van de Tweede Kamer om een extern, ‘onafhankelijk’ onderzoek te starten naar het gedrag van Arib. De oud-Kamervoorzitter werd destijds niet op de hoogte gebracht van het onderzoek, maar moest dat in de krant lezen. Volgens Arib was het opnieuw ‘een politieke dolksteek in de rug’.