In Duitsland is dit jaar tot nu toe een recordaantal plofkraken genoteerd. Met 390 opgeblazen geldautomaten werd er meer geplofkraakt dan vorig jaar. Eind 2019 stond de teller op 349, schrijft Welt am Sontag. Het vorige plofkrakenrecord in Duitsland stamt uit 2018, toen gingen er 369 flappentaps de lucht in.

Rigoureuze ruilmiddelrovers sloegen vooral toe in de deelstaat Noordrij-Westfalen. Daar werden tot 16 december 174 pinautomaten geploft. De Duitse deelstaat, waarin onder andere de plaatsen Dortmund, Düsseldorf en Keulen gelegen zijn, grenst direct aan Nederland. Een goede tweede is buurstaat Nedersaksen met 45 plofkraken, ook Nedersaksen deelt de grens met Nederland.

Flappentaps tot ontploffing brengen blijkt niet echt een lonende business, slechts in 160 van de 390 gevallen dingen de biljettenboeven er met een buit vandoor.

Forse daling

In contrast met onze oosterburen is het aantal boem zeggende bankautomaten in Nederland dit jaar flink teruggelopen. Begin december stond de teller van dit jaar op 25 gevallen, blijkt uit onderzoek van BNR. Vorig jaar werden er in totaal 71 plofkraken genoteerd.

Deze fikse afname zou worden verklaard door de stevige aanpak van banken om het aantal plofkraken terug te brengen. Een jaar geleden werd besloten veel geldautomaten 's nachts te sluiten. De machines werden niet leeggehaald maar uitgeschakeld. Hiermee werd de bekende methode van het door een geldlade naar binnen schuiven van een explosief bemoeilijkt.

Over de grens

De Nederlandse maatregelen zouden niet alleen hebben geleid tot een afname, maar mogelijk ook het probleem hebben verplaatst. De Duitse recherche vermoed dat de toename van het aantal plofkraken samenhangt met het beleid in Nederland. 

Veel ontploffende flappentaps hebben worden toegeschreven aan Nederlandse criminelen, met name uit Utrecht en Amsterdam. In verband met de Duitse duitenspuwer detonaties zijn vorig jaar 132 verdachten geïndentificeerd, meer dan de helft van hen was afkomstig uit Nederland.

Zo kan het natuurlijk ook

Social