Piloten van de F-35 straaljagers mogen absoluut niet door een onweersbui vliegen. De peperdure toestellen waar Defensie er 37 stuks van heeft gekocht, kunnen na een blikseminslag zelfs ontploffen. Luchtmachtpersoneel dient hierdoor ver bij donderwolken vandaan te blijven tijdens testvluchten.

Deze ontwerpfout kwam aan het licht toen in april vier van de vliegtuigen beschadigde leidingen aan hun brandstoftanks bleken te hebben. De schrammen zouden zijn opgelopen na een blikseminslag. Defensie gaf de voortgangsrapportage vrijdag vrij.

Het gevaar hierin zit hem in de mogelijkheid dat hierdoor brandstofdamp vrijkomt die in ernstige gevallen kan leiden tot explosies aan boord van het toestel, weet de Leeuwarder Courant.

Defensie en de vliegende Fyra

De F-35 kunnen zelfs niet onbeheerd buiten gezet worden vanwege de kwetsbaarheid. Aan de grond worden ze daarom in een hangar gezet zodat wordt voorkomen dat ze de lucht in schieten zonder piloot aan boord. Piloten hebben de opdracht gekregen om buiten een straal van 46 kilometer van onweerscomplexen te blijven.

De oorzaak van deze kwetsbaarheid voor blikseminslagen is nog niet bekend en wordt nader onderzocht. De vliegende Fyra's hadden eerder al problemen met een boordkanon dat eraf kon donderden en een coating die niet bleef zitten wegens twijfelachtige afdekkit.

Of deze nieuwe donkere wolk over het samenwerkingsproject met de Verenigde Staten voor nog meer vertragingen gaat zorgen voor de uiteindelijke opleverdatum is niet bekend. Volgens de planning moet Nederland in 2024 in totaal 37 van dit soort toestellen in het bezit hebben om zo de oudere F-16 uit te kunnen faseren.