Minister van Defensie Ank Bijleveld heeft de Tweede Kamer verkeerd voorgelicht over de zeventig burgerdoden die in 2015 vielen bij een Nederlands bombardement. In een brief aan de Tweede Kamer moet de minister nu toegeven dat de Amerikanen al jaren die doden meerekenen in hun statistieken. Dit is tegenstrijdig met wat ze eerder tegenover de Kamer beweerde, want toen zij ze nog dat die niet waren meegerekend met het totale aantal van 1347 burgerdoden die volgens de VS in Syrië en Irak zijn gevallen.

Bijleveld heeft schijnbaar nog even navraag gedaan naar de cijfers bij haar Amerikaanse collega en erkent nu dat ze fout zat. "Ik betreur dat deze informatie afwijkt van de informatie die eerder van Centcom is ontvangen en is gemeld in het interpellatiedebat", schrijft ze aan de Kamer.

In de nacht van 2 op 3 juni 2015 bombardeerde een Nederlandse F-16 als onderdeel van de coalitie tegen IS een munitiefabriek in het Iraakse Hawija. Volgens Bijleveld bleek uit onderzoek vooraf dat de aanval niet zou leiden tot burgerdoden. Uiteindelijk bevatte het IS-depot veel meer munitie dan was voorspeld, waardoor ook meerdere gebouwen in de omgeving met de grond gelijk werden gemaakt. Omdat het gebied destijds niet op de grond toegankelijk was, is er nooit een exacte bevestiging gekomen van het aantal burgerslachtoffers dat is gevallen, maar Centcom houdt het op  "waarschijnlijk" 70 doden.